#3 - Ontworteld

Afl 3. De geschiedenis van kweekjes blijkt ook een verhaal van ontworteling te zijn. Om iets te bereiken in het leven, te studeren of werken, moesten Surinamers naar ‘het moederland’. Maar hoe welkom was Nederland voor haar overzeese kinderen? Elke nieuwe migratiegolf bracht nieuwe kweekjes voort. Ze werden kweekjes in een land waar het moeilijk wortel schieten is. Het verlangen naar Suriname en gemis van famiri klinkt door op de cassettepost die families elkaar stuurden. Nicole’s moeder Jetty kent het gevoel als geen ander. Om verder te studeren moest ze haar baby Glynis - Nicole's oudere zus - achterlaten in Suriname. Nicole kan het zich niet voorstellen. Maar, ontdekt ze in gesprekken met andere kweekjes, misschien is de traditie van kweekjes ook een kracht? Socioloog Aspha Bijnaar wijst op de oorsprong van kweekjes: de Trans-atlantische slavernij. Was het systeem van kweekjes een overlevingsstrategie? Ondertussen probeert Nicole de keuze van haar moeder om haar achter te laten, te begrijpen.     

Om Podcasten

In de zesdelige serie 'Kweekje, mi kwekipikin' onderzoekt journalist Nicole Terborg de informele pleegzorg waar ze zelf in heeft gezeten. Nicole is een 'kweekje', zoals veel Surinaamse Nederlanders dat noemen. Als kweekje groei je niet op bij je ouders maar bij andere familieleden of pleegouders. Dat is gebruikelijk binnen de Afro-Surinaamse gemeenschap, maar vragen waarom het gebeurt is een taboe.  Nicole was 13 jaar oud toen ze door haar ouders van een Brabants dorp naar een tante in Amsterdam werd gestuurd. Ruim dertig jaar later wil ze eindelijk weten waarom zij een kweekje werd. Maar wil haar familie wel praten en durft Nicole zelf de confrontatie aan? Ze ontdekt dat deze manier van elkaars kinderen opvoeden een lange geschiedenis kent.  'Kweekje, mi kwekipikin' is een zesdelige serie over opvoeden, ontworteling en het verleden van Nederland en Suriname.  Een productie van Nicole Terborg, Prospektor en OVT (VPRO) voor NPO Radio 1. Artwork door Rossel Chasslie. Deze productie is mede mogelijk gemaakt door NPO-Fonds, Fonds BJP en het Prins Bernhard Cultuurfonds.